Dieren

Symptomen bij nierfalen

Veel drinken en plassen
Omdat de nieren niet meer zo goed concentreren en heel veel water nodig hebben om de afvalstoffen kwijt te raken, plassen dieren met nierfalen dus vooral veel. Omdat ze vervolgens veel vocht kwijt raken en uitdroging proberen tegen te gaan zullen ze dit proberen ‘bij te drinken’.

Misselijkheid en braken
Omdat de afvalstoffen vaak niet zo effectief worden afgevoerd, kunnen ze achterblijven in het lichaam. Dit zorgt ervoor dat dieren zich misselijk voelen en kunnen gaan braken.

Afvallen
Dit kan enerzijds natuurlijk door gebrekkige eetlust komen en anderzijds door eiwitverlies via de nieren. Door eiwitverlies via de nieren plassen de dieren hun bouwstoffen uit.

Bleke slijmvliezen
De aanmaak van rode bloedcellen wordt door verschillende componenten beïnvloed onder andere door de aanwezigheid van EPO (erytropoëtine). Door gebrek aan natuurlijk EPO (wat in de nieren gemaakt wordt) wordt het beenmerg te weinig aangezet om rode bloedcellen te maken, hetgeen zich uit in een lichte bloedarmoede.

Bloed bij het speeksel of ontlasting
De slechte afvoer van afvalstoffen kunnen zorgen voor aantasting van het slijmvlies van zowel mond als darmen waardoor er rode bloedcellen doorlekken. Deze aantasting van de slijmvliezen resulteert in het aanwezig zijn van bloed in het speeksel of de ontlasting.

Hoe stellen we de diagnose?

Acuut versus chronisch
Bij acuut nierfalen is er iets gebeurd waardoor de nieren een flinke klap hebben gekregen. Voorbeelden hiervan zijn uitdroging, vergiftiging, plasbuisverstopping, ontsteking etc. Indien deze klap niet te heftig was en we er op tijd bij zijn, kunnen deze patiënten redelijk van hun nierprobleem herstellen. Van te voren is echter moeilijk in te schatten hoe heftig de impact geweest is en hoe de patiënt zal herstellen. Maar deze patiënten hebben vaak een betere prognose dan de chronische patiënten. Bij chronisch nierfalen is er waarschijnlijk al langer een probleem. Alleen laten dieren niet altijd even duidelijk merken dat ze zich niet lekker voelen. Als het nierfalen niet te ernstig is kunnen we een therapie in gaan stellen. We zorgen er dan voor dat de nieren minder belast gaan worden. Helemaal goed worden de nieren niet meer, maar we kunnen er wel voor zorgen dat verdere verslechtering geremd wordt. Hierdoor kan uw huisdier, wel met levenslange therapie, vaak nog een fijn leven hebben.

Therapie

Infuustherapie
Is de patiënt erg uitgedroogd en ziek, dan doet wat extra vocht wonderen! Vaak nemen we de patiënt dan op en geven we een paar dagen infuus, zodat de vochtbalans weer op pijl komt.

Nierdieet
Nierdieet heeft een speciale samenstelling die er voor zorgt dat de nieren minder belast worden. Meestal vinden dieren dit lekker. Mocht uw dier het echt niet willen eten, dan hebben we liever dat u hem/haar tijdelijk wat anders geeft. Helemaal niet eten is vooral voor de kat niet goed! Soms voelen dieren zich gewoon ziek en dan kunnen we iets geven tegen de misselijkheid. Als het fosfaat in het bloed ook te hoog is, dan geven we een toevoeging mee die het fosfaat bindt in het voer. Het wordt dan minder goed door het lichaam opgenomen.

 Bloeddrukverlagers en antibiotica
Afhankelijk van de oorzaak van het nierfalen kunnen we aanvullend nog een therapie instellen. Is er sprake van een te hoge bloeddruk dan geven we bloeddrukverlagers, is er sprake van infectie in het nierbekken, dan heeft de patiënt antibiotica nodig. Ook voor een teveel aan eiwit in de urine kunnen we medicatie geven. Er is helaas niet altijd sprake van een oorzaak die we kunnen verhelpen.

Prognose